De medische term auscultatie betekent: luisteren naar de inwendige organen, zoals het hart, de longen of de buik.
Soms schrijft men ook aescultatie (met ae).
De arts gebruikt hiervoor een stethoscoop. Die zorgt ervoor dat de geluiden versterkt worden, zodat ze goed hoorbaar zijn.
Auscultatie van de longen
Met een stethoscoop kunnen de longen worden “beluisterd”.
De arts let dan op de ademhaling, of de longen piepen en op crepitaties.
Op basis hiervan kan de arts een diagnose stellen, zoals een longontsteking of een klaplong.
Auscultatie van het hart
Met de stethoscoop kan ook worden geluisterd naar het hart.
De arts luistert naar de hartkleppen en of er een souffle (hartruisje) is.
Dit kun je het beste horen vanaf het borstbeen tot aan de linkerbovenzijde van de borstkas.
Auscultatie van de buik
Voor het onderzoek van het abdomen (buik) is het belangrijk om goed te luisteren met de stethoscoop.
De arts luistert dan vooral of de darmen goed functioneren. Het geluid van de darmen noemen we peristaltiek.
Overige auscultatie
Daarnaast kan de arts ook luisteren naar de bloedvaten, bijvoorbeeld de de halsslagaders, om te beoordelen of die goed functioneren.
De gynaecoloog kan via de buik ook luisteren naar het ongeboren kind in de baarmoeder.
Voorbeelden
1) Bij de ausculatie van de longen hoorde de arts crepitaties rechtsonder. Mogelijk heeft de patiënt op die plek een longontsteking.
2) Soms hoor je bij de ausculatie van het hart een souffle (hartruisje). Bij jonge mensen is dit meestal onschuldig.
3) Bij het ausculteren van de buik hoorde de arts helemaal geen peristaltiek. Dat is abnormaal, er is mogelijk een probleem van de darmen.